Wettelijke samenwoning?
De wettelijke samenwoning start vanaf een officiële verklaring door de beide partners bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente of stad waar u woont. U gaat ervan uit dat hiermee alles geregeld is door de wet. De juridische realiteit is echter anders.
Ondanks het feit dat er zowel in de rechtsleer als in de rechtspraak meermaals naar voren is gekomen dat er dringend nood is aan een omvangrijker juridisch kader voor wettelijke samenwoners vergelijkbaar met gehuwden, is dit tot op vandaag niet het geval.
In het huidige (zeer beknopte) wettelijk kader (art. 1475 BW ev. (oud)) zijn er nog steeds een heel aantal punten die voor vele partners een onaangename verrassing vormen bij de beëindiging van de wettelijke samenwoning (bij stopzetten van de relatie of overlijden).
Wij sommen hieronder de belangrijkste aandachtspunten in het huidige recht voor u op.
Geen wettelijke vergoedingsregels
Het komt meer dan eens voor dat wettelijke samenwoners onroerend goed (of een ander vermogensbestanddeel) samen aankopen in 50% – 50% verhouding en waarbij de ene partner (veel) meer dan 50% heeft bijgedragen in de aankoopsom, heeft afbetaald aan investeringen in het onroerend goed of aan de aflossingen hypothecair krediet.
Ook al is (een beperkt deel van) de rechtspraak hierin geëvolueerd ten goede – met name als de investering meer is dan de verplichte bijdrage in de lasten van het samenwonen cf. art. 1477, § 3 oud BW-, toch wordt vaak geoordeeld dat er onvoldoende grond is voor terugbetaling van deze ongelijke betalingen of investeringen.
Om een terugbetaling van de ex-partner te bekomen, valt men terug op alternatieve rechtsgronden als natuurlijke verbintenis, lening, kostenleer, zaakwaarneming, mede-eigendom en de leer van de ongerechtvaardigde verrijking.
Geen recht op persoonlijk onderhoudsgeld na stopzetting
In tegenstelling tot gehuwden (art. 213 BW (oud)), geldt er voor wettelijke samenwoners geen hulpplicht ten aanzien van elkaar waardoor er na de beëindiging wettelijke samenwoning ook geen persoonlijke onderhoudsuitkering kan worden toegekend (artikel 1477 BW (oud)).
Dit werd laatst nog duidelijk bevestigd door het Hof van Cassatie in haar arrest van 16 december 2021, dat had geoordeeld dat er geen persoonlijk onderhoudsgeld kan worden toegekend gesteund op de hulpplicht na stopzetting wettelijke samenwoning.
Beperkt wettelijk erfrecht en geen reservatair erfrecht voor de langstlevende wettelijk samenwonende partner
Indien er geen testament is ten voordele van de langstlevende wettelijk samenwonende partner, erft deze enkel het vruchtgebruik op de gezinswoning en de inboedel.
Enkel als er wél een testament is waarin deze bijvoorbeeld als algemene legataris is aangeduid, zal deze de nalatenschap erven. Met dien verstande dat de reservataire erfgenamen (bv. kinderen) de inkorting kunnen vragen van dit testament en hun deel kunnen opeisen in de nalatenschap.
Indien de wettelijk samenwonende partner om een of andere reden zou onterfd zijn bij testament door wijlen zijn/ haar partner, erft deze niets. De langstlevende wettelijk samenwonende partner heeft namelijk geen reservataire aanspraken op de nalatenschap.
Oplossing
De vraag stelt zich nu hoe bovenvermelde situaties kunnen worden vermeden.
Een wettelijke samenwoningsovereenkomst conform artikel 1478, lid 3 BW (oud) bij het aangaan van de wettelijke samenwoning, is hiervoor dé oplossing.
Het betreft een kaderovereenkomst waarin de partners hun vermogensrechtelijke situatie vormgeven (bv. door middel van een schulderkentenis). Bijkomend kan ook de organisatie van het gezinsleven worden geregeld. Tenslotte kunnen de partners ook anticiperen op het overlijden of een relatiebreuk.
Een goede voorbereiding is hierbij essentieel. De overeenkomst dient op maat te worden gemaakt voor de betrokken partners.
Nadat de overeenkomst concreet is uitgewerkt met inbegrip van alle punten die u beiden wenst, zal deze bij notariële akte moeten worden verleden.
Advox advocaten beschikt over een team van specialisten dat u met deskundigheid zal begeleiden bij de voorbereiding van uw wettelijke samenwoningsovereenkomst om latere problemen te vermijden.